Wat zou jij aan het kerstkind geven,
als jij de stal straks binnen gaat.
Waar je ontmoet de Heer van ’t leven,
waarboven een ster te wachten staat.
De staldeur gaat voor jou straks open,
waarachter Jezus jou verwacht.
Ja jij mag zachtjes binnenlopen,
bij Hem de koning deze nacht.


Doe aan de deur maar zachtjes kloppen,
’t is Jozef die je binnenlaat.
Terwijl het kindje ligt te soppen,
op ’t duimpje dat zijn mond ingaat.
Ook de os en de ezel staan te waken,
staan met Maria bij het kind.
Dat jij nu zachtjes aan mag raken,
en zich in ’t warme stro bevindt.


Doe nu je knieën voor hem buigen,
en kijk het koningskind maar aan.
Schenk hem je hart om te betuigen,
dat jij voortaan met hem wilt gaan.
Dat jij hem levenslang wilt dienen,
hem volgend doende wat hij vraagt
Zijnd in zijn oog een graag geziene,
die leeft zoals het hem behaagt.


Dit kind vraagt nimmer rijke gaven,
dit kind vraagt slechts een hart van goud.
Dat handelend naar Gods maatstaven,
zich ook aan zijn geboden houdt.
Dit kind schenkt liefde, doet het vragen,
van jou en mij en alleman.
Hij vraagt je het met hem te wagen,
zijn licht slaat ’t duister in de ban.
Justus A. van Tricht

You have no rights to post comments