Er vliegt een schitterend witte vogel,
met vredestak de wereld rond.
Bezoekende de vier windstreken,
kijkend waar hij een plekje vond.
Zijn boodschap moet hij laten horen,
op aarde waar de vrede ontbreekt.
En die aan velen gaan vertellen,
hoe dat men samen vrede kweekt.
Hij vliegt van ’t Noorden naar het Zuiden,
vol goede moed van Oost naar West.
Wat hij de mensheid heeft te melden,
in zijn parmantig witte vest.
Geen duif als hij kan sneller vliegen,
geen ander die hem evenaart.
Om overal op tijd te wezen,
zijn vredesboodschap daar verklaart.
Hij kan hoog door het luchtruim scheren,
is in een oogwenk waar hij wil.
Hij is de snelste hemelbode,
die komt van ’s hemels duiventil.
Overal brengt die duif zijn takjes,
die hij geplukt heeft in het groen.
En hij vertelt aan alle mensen,
wat men met ’t takje heeft te doen.
Elk takje aan de deur verbonden,
van ieder huis zegt dat men werkt.
Aan vrede die men zal gaan sluiten,
die de saamhorigheid versterkt.
Wanneer de duif is uitgesproken,
en alle takjes aangebracht.
Dan heeft de witte duif zijn missie,
van vrede brengen goed volbracht.